In mijn vooraankondiging sprak ik afgelopen vrijdag al van een hard te kraken noot. Het duel tegen HSC ’21 6. Daar zou niet zomaar van gewonnen worden. Er zou strijd geleverd moeten worden. Anders werd het niks. Dat had het verleden wel bewezen. Met die opdracht trapten de Jonge Helden gisterenmiddag af. Vooraf was er nog aandacht voor de week van de scheidsrechter. In het leven geroepen om nogmaals het belang van en de waardering voor alle scheidsrechters te benadrukken. Door een haag van applaudisserende spelers van beide teams betrad leidsman W. Vaanhold de groene grasmat. Een mooi gebaar. Vaanhold floot vervolgens een foutloze pot.
Na een wisselvallig begin trokken de Jonge Helden de wedstrijd naar zich toe. Zo zag ook een ‘scout’ die achter de dug-out langs liep: “Die zwarten bunt sterker.” Prachtig toch! Het was gelegenheidsspits Max Moester die, na goed voorbereidend werk van Jelmer van der Stoep, ietwat onbesuisd overpeerde. “Rustaaagh!”, zou ADO’s Tommy hebben geroepen. Ook linksback Dion Olbach kwam een keer goed door, maar zijn schot belandde in het zijnet. Allemaal leuk en aardig, maar om HSC ’21 echt pijn te doen, moest het tempo wel omhoog. Nu bleef het simpel overeind. Het kwam tien minuten voor rust zelfs op voorsprong. Niet goed blokken van een voorzet en niet fel genoeg op de bal verdedigen waren de oorzaak van de 1-0 door Ken Rietman. Ken lag even daarvoor nog in het (te) hoge gras langs de lijn. Lekker in het zonnetje, een beetje met een bidon te spelen. In standje ‘wissel zijn is nog niet zo verkeerd’. Maar eenmaal binnen de lijnen liet hij zijn klasse zien.
Na de thee – met daarbij vast geen biscuitje, maar ik neem aan een donderspeech van coach De Smidt – ging het beter. De balcirculatie was veel hoger en dat wierp direct zijn vruchten af. Binnen tien minuten lieten de Jonge Helden zien wie er de baas was. Eerst was Max na een snelle aanval het eindstation: 1-1. Even later liftte Tibor van de Linde de bal na goed doorzetten over de uitkomende gelegenheidskeeper Guus Koppelman heen: 1-2. De spijkerharde verdediger stond deze keer onder de lat. Bij afwezigheid van. Guus had wel iets weg van René Higuita, de voormalige en clowneske sluitpost van Colombia. Maar hij deed het helemaal niet slecht. Bij alle tegendoelpunten trof hem in ieder geval geen blaam.
FC Winterswijk mocht dan sterker zijn, de groene-witte noten lieten zich niet zomaar kraken. Ze knokten ook voor wat ze waard waren. En niet zonder resultaat. Het was weer Ken die zijn voeten liet spreken. Hij zal gedacht hebben, wat Ken kan kan Ken alleen. De snelle rechtsbuiten sprintte de toch ook niet langzame Dion eruit en schoof de bal langs Iron-Jan Nieuwenhuis: 2-2. “Shit!”, hoorde ik aan de kant. Maar die tegenslag deerde de Jonge Helden niet. Ze zaten toen al in zo’n flow, dat kon niet meer fout. Kans op kans volgde. Sebastiaan de Vries (over), Max (omhaal naast), weer Sebastiaan (nog hoger over), Jelle Krooshof (bal van de lijn)… Een treffer hing in de lucht. En hij kwam er ook. Een splijtende pass van achteruit van Jelle Groen bracht de bal bij Max. Zijn voorzet op de mee op gelopen Sebastiaan betekende de 2-3. Max zorgde daarna zelf, na een steekpass van Tibor, voor de bevrijdende 2-4.
Een puike overwinning. En volkomen verdiend. Een mooier cadeau kon de jarige Henk Redeker zich niet wensen. Ook van mij nog van harte gefeliciteerd Henk.
OPeee